Zuid
- Amerika Noticias de Bolivia 1
(02/03/02)
Amigos mojados,San Pedro de
Atacama, een kleine oase in de ondraaglijk
eenzame woestijn van Noord Chili, leeft dankzij de toeristen. Wij deden ook onze
duit in het zakje en boekten een dagtoer naar de valle de la luna en
eentje naar de geisers El Tatio.Vooral de geisers, de hoogste ter wereld
op 4321 m, waren fascinerend in het broze ochtendlicht. Stoom en
fonteinen heet (87 graden)water spuiten enkele meters hoog, een
warmwaterreservoir achterlatend waarin het heerlijk zwemmen was. Onze
reuma verdween terplekke. Diezelfde hoogvlakte, de
Altiplano, bracht ons
naar Bolivia. Het meest indiaanse land van Z-Amerika, 60 % van de
bevolking is Aymara of Quechua, is in niets te vergelijken met zijn
zuiderbuur Chili. Hopelijk verveelt deze goed nieuws-show jullie niet
maar we hebben een wondermooie en boeiende Boliviaanse week beleefd.
Eerst het wondermooie. We reden, samen met 6 andere toeristen en 2
Boliviaanse chauffeurs-koks-gidsen, drie dagen door Zuid-Lipez en de
Salarde Uyuni. Een tocht van 980 km per jeep die met geen pen te
beschrijven is. Een van de meest 'ongewone' stukken natuur die ik in mijn
leven zag. Zorgde voor de omkadering van dit schilderij: een Toyota 4X4
full option. Toch al...17 jaar oud met grote stevige Goodyears...zonder
profiel, elektrische ramen...bijeengehouden door plakband,
airco...wanneer we met beide deuren openreden om de geur van verbrand
rubber te verdrijven, automatisch schuifdak...dichtgeplakt met silicone
en radio-casetterecorder...met nogal heel veel bass. Om te starten moest
de motorkap open, manuele ontsteking, vroem vroem, weg zijn wij. Prachtig
karretje. In de jeep: Ronald,21, onze chauffeur met spichtige bruine
ogen, donker vel en pekzwarte haren gekapt in de typisch indiaanse
omgekeerde bloempot-coupe. Jeff,47, Amerikaan met grote bek op het
arrogante af en soms erover. Paulina, een Chileense studente Sociale
Wetenschappen. Gloria, 58, gevlucht naar Canada na de coup van 11 sept '73
en voor het eerst terug in haar geboorteland op bezoek.(een heel
boeiende madam)Tam, 24, Zuid-Afrikaanse die in London werkt als ze niet
reist met Jason, 28, Nieuw-Zeelander en regelmatig in een Londense bank
aan het werk. Op het dak van de jeep, naast ons materiaal: Stephan, papa
van Ronald, altijd zwoegend en lachend zonder tanden. En Marcel, een
Nederlandse economist die totaal geen Nederlander is en anderhalf jaar
in Guatemala werkte in een ontwikkelingsproject. Bij de voorlaatste
deel, na 2 avonden tweetalig kaarten (up and down the river/ alto y bajo
el rio heette het) hadden 5 van ons 8 nog steeds De rangorde van de
kaarten niet door! Kortom: lachen en gieren in het Anglo-Spaans. Dan het
schilderij zelf: De Altiplano, een vulkanisch hoogplateau op 4000 m,
omgeven door uitgestorven vulkanen met een onwaarschijnlijke
kleurenpracht. Het festival van de warme kleuren. Verschillende mineralen
tekenen lange, slappe slierten kleur in het zand. Tinten van geel over
groen, donkerbruin over aubergine, paars over roze. Sierlijke rotsstenen
door de wind gevormd,rode en bruine plateaus, geen plantje te bespeuren.
Dit landschap wordt de woestijn van S Dali genoemd. Hiermee kan geen
betere hommage gebracht worden aan de Catalaanse schilder, hiermee kan
geen betere metafoor gebruikt worden om dit onwereldse landschap te
duiden. Iets later, tegen de 5000 m hoogte, Los geisers de sol de
manaña.
Als een schilderspallet, op een oppervlakte van nog geen 100 op 100 m,
zien we kleine, dampende kratertjes met daarin een kolkende, kokende
brij. Ze liggen willekeurig net naast elkaar in tientallen kleuren
pruttelend als olieverfpotjes. Space oddysey! En om de dag af te
sluiten: Laguna Colorado. Een uitgestrekt meer omwald doorroodbruin
gekleurde vulkanen. Mocht Niels zo tekeer gaan met zijn kleurpotloden
bij het inkleuren van een meer in zijn kleurboekje, papa en mama zouden
stiekem glimlachen bij zoveel kleuterfantasie. En toch, het bestaat: een
meer met witte stroken,roze-rode vlakken en geel en groene boorden.
Daarin honderden foeragerende roze flamingo's (ik citeer onze gids: met
hetzelfde loopje als John Cleese in sommige sketches van Monthy Python).
De volgende dag rijden we lek aan de Arbol de la Piedra (= bomen van
steen). Een mooiere plek om een band te verwisselen is er niet. Haast je
vooral niet Ronald en Stephan. Het schilderij is er eentje van Seurat
vandaag, zegt Inge: Pointillisme. Dotjes groen en geel (van de pajonales
en Llareta planten) naast dotjes beige-bruin zand. Lama's en vecuña's,
de kamelen van de hoogvlaktes, zorgen voor beweging. De derde dag rijden
wedoor de Salar de Uyuni, 12000 km2 (=1/3 van België) witte zoutsteppe.
Alle vorige vergelijkingen van landschappen met surrealisme verdwijnen
in het niets eenmaal deze onmetelijke zoutvlakte gezien. Dit is Magritte,
dit is puur surrealisme. Ceci n'est pas une pipe. Voortaan spreken wij
van de salarde Margritte. Oneindige horizonten van volmaakte helderheid.
Wolken weerkaatsen op het wateroppervlak (we rijden uren door een 20 cm
hoge zoutzee).De horizon is niet meer te onderscheiden; zoutvlakte en
lucht zijn versmolten waardoor je zweeft in deze onwezenlijke leegte. Na
enkele uren:Isla del Piscado, als een spookschip te midden deze oceaan.
Een eilandje begroeid met reuzencactussen ( tot 12 m hoog en naalden van
20 cm). Ze groeien 1 cm per jaar wat betekent dat ze meer dan 1000 jaar
oud zijn. In de categorie natuur is dit het voorlopige hoogtepunt van
onze reis. Na het wondermooie, nu het boeiende nieuws. Potosi, een stad
van 130000 inwoners op 4100 m hoogte, de hoogste ter wereld in zijn
soort, is vooral een mijlpaal in de wereldgeschiedenis. Hier ligt de
Cerro Rico (=rijke heuvel) Hier bezochten we de zilver- en tinmijn in de
buik van de berg. Het verhaal gaat dat de Spanjaarden zoveel zilver uit
die berg ontgonnen dat hiermee een brug van deze Keizerstad tot in
Spanje kon gebouwd worden. Dat zilver was de aanleiding tot de vorming
van het vroege kapitalisme in N-Europa. Boeiende economische theorieën
die ons hier te ver leiden maarwaar we thuis nog wel eens een boompje
kunnen over opzetten. En mocht je nog twijfelen: geld stinkt. In de 300
jaar Spaanse onderdrukking stierven 8miljoen Indianen en negerslaven in
deze mijn. Ik heb het je voorgerekend: 73 doden per dag. Slik. Eind de
18de eeuw droogden de zilveraders uit en werd overgeschakeld op
tindelving. In '85 stortte de tinprijs in en ontsloeg het Staatsbedrijf
30000 mijnwerkers. Een woelige periode. Vandaag is de mijn niet meer
rendabel, toch werken er nog zo'n 7000 minero's in coöperaties. Met helm
en lampje bezochten we hen: schokkend. Scenes uit Germinal of Daens.
Onmenselijke werkomstandigheden die herinneren aan de 19de eeuw. Met
hamer en beitel ( een automatische drilboor is onrendabel wegens te hoge
produktiekost) maken ze smalle sleuven en dynamiteren die. De explosies
trillen tot in je middenrif- wooew- niet voor claustrofobische zielen in
deze donkere, smalle tunnels. Ze worden betaald volgens de opgegraven
kwaliteit mineralen die ze individueel naar boven brengen. Betaald is
veelgezegd, het is een hongerloon. Niet eens genoeg om kledij te kopen:
in Potosi zien we de grote markt van Amerikaanse tweedehandskledij. Ze
hebben amper genoeg om eten te kopen. In de mijn, waar ze soms 48 uren
blijven kauwen ze enkel cocabladeren om hun vermoeidheid en honger weg
te nemen. Het zijn pure verslaafden in een uitzichtloos leven. De
kinderen dalen mee af vanaf 12-13 jaar. Onderwijs wordt hen ontnomen, ze
groeien op in een vicieuze cirkel. Dit is mensonwaardig maar het
straatarme Bolivie kan hen geen alternatief bieden en deze mijnen
voorgoed sluiten. Ik zweer het je, als rijke toerist weet je je hier geen
houding aan te nemen. De geschiedenis van deze mijn is enerzijds zo
boeiend en de realiteit anderzijds zo confronterend dat het blijft
'plakken'. Potosi is anders wel de schatkamer van de Latijn Amerikaanse
barok. Prachtige koloniale gebouwen in smalle, toffe straatjes. Decadent
mooie praalkerken en musea. De aristocratie liet het hier breed hangen.
Ondertussen zijn we in Sucre, iets Oostelijker. Op papier, de hoofdstad
van Bolivia maar alle administratie en regeringsgebouwen bevinden zich
in La Paz. Het straatbeeld is hier hetzelfde: overal volk in de
straatjes. Een maatschappij met 2 snelheden. Een deel van de bevolking
die iets beter kan leven. Energieke kinderen lopen in keurige uniformen
met dasje school, dames en heren in keurige kledij en zelfs make-up.
Voor het andere deel van de bevolking is het van dag tot dag overleven.
Oude, verlepte vrouwtjes uit de aanpalende dorpjes verkopen groenten en
fruit. Kraampjes met empanada's, popcorn, zoete drankjes, nootjes,
stylo's, prullaria... Hun kinderen leuren met kranten of bedelen. Veel
plattelandsvrouwen dragen nog de chola; enkele rokken boven elkaar,
stijfgehouden van de plooien en het vuil. Het blinkend zwarte haar in 2
dikke vlechten met de onvermijdelijke hoed. Iedere streek heeft zijn
model. Dit is de echte couleur en odeur local van Zuid Amerika uit de
boekjes. Enne... mocht je nog geen reisbestemming hebben dit jaar. Het is
dit weekendreismarkt in Brugge maar ik kan je zeker en vast de salar de
Uyuni aanprijzen. Geniet van de lentekriebels, wij van onze
zomersproeten.
Hasta luego.
Inge y bart
Bovenkant pagina